Categorieën
Boek

29. Ontspannen

Het is vakantie, dus tijd om eens lekker te ontspannen. 

Fébe rijdt op Kruidnootje door het bos. De zon is al opgekomen maar staat nog laag. Er hangt mist boven de weilanden en er zijn ook flarden mist in het bos. Fébe voelt zich helemaal een met de natuur. Kruidnootje is ook helemaal ontspannen, Fébe heeft de teugels heel los, Kruidnootje zoekt zelf haar weg. 

Torne heeft een nieuw hobby, hij leert gitaarspelen. Met het puntje van zijn tong uit zijn mond zit hij geconcentreerd te spelen. Hij heeft al veel geoefend de laatste maanden en het gaat al heel aardig. Hij heeft een mooie gitaar van opa geleend, en hij geniet van de volle klank. Hij is helemaal aan het genieten.

Hielke heeft vanmorgen 10 kilometer hardgelopen om te trainen voor basketbal. Chloé logeert bij hem en is net wakker. Chloé is nog slaperig en Hielke ligt nog na te dampen van de douche. Samen eten ze het ontbijtje dat mama in de keuken had klaargezet voor ze. Ze horen Torne gitaar spelen, Hielke grinnikt van binnen, hij ziet de gillende meisjes bij de concerten al voor zich. Torne kan ook heel aardig drummen maar de gitaar lijkt toch beter bij hem te passen vindt hij. Ze hebben geen plannen voor vandaag, Torne ligt met een volle buik lekker weg te doezelen, Chloé volgt zijn voorbeeld en draait zich ook nog eens lekker om.

Tja, en dan papa en mama. Die liggen lekker op het meer te dobberen in het zeilbootje. Ze doen een beetje gek vandaag want de fles champagne die ze hebben meegenomen is al bijna leeggedronken. 

En opa dan? Die doet niet aan ontspannen, die is de geitjes aan het voeren. Of is dat misschien ook ontspanning? Maar opa gaat vanavond ook nog met buurman uit eten. Die twee hebben dan samen de grootste lol. Het is afwachten wat voor plannetjes ze nu weer bedenken.

Categorieën
Boek

28. Hannelore

Hanne heeft vandaag haar spreekbeurt. Ze ziet er zenuwachtig uit. De juf legt uit dat het een speciale spreekbeurt is en dat ze Hanne heel dapper vind. 

Hanne begint te vertellen dat haar moeder zo lang als ze zich kan herinneren al ziek is. Veel kinderen knikken, ze weten dat Hanne elke dag uit school altijd gelijk naar huis gaat om naar haar moeder te gaan. 

Hanne vertelt verder. Toen ze in het ziekenhuis lag voor haar blinde darm maakte de artsen zich zorgen om haar. “Ik kreeg allemaal nare vragen, en ze hielden maar niet op” vertelt Hanne met een traan in haar oog “langzaam werd me duidelijk hoe ziek mijn moeder eigenlijk is, en dat ze er niets aan kan doen maar dat het ook niet normaal is”. Hanne wordt nu even stil. “Mijn moeder woont nu ergens anders, en daar wordt goed voor haar gezorgd. Ik hoef me geen zorgen meer te maken” zegt ze zacht. 

Nu neemt de juf het over. “Ik wil sorry zeggen tegen Hanne omdat ik niet bij haar op bezoek ben geweest in het ziekenhuis, dat was niet aardig” zegt de juf. Hanne haalt haar schouders op “Het geeft niet”. 

Hanne gaat naar de laatste sheet ik de PowerPoint en daar staat “Feest” op. “Ik wil graag een nieuwe start maken. Vanaf vandaag wil ik bij mijn hele naam genoemd worden, Hannelore. En om mijn nieuwe start te vieren geef ik een feest zaterdag en iedereen mag komen. Iedereen MOET komen want het wordt super leuk!” gilt Hannelore. De juf knikt “ik zal er zijn”. Hannelore kijkt naar Fébe “kom jij ook alsjeblieft? Ik heb je kei erg gemist”. Fébe knikt, ze is wel een beetje overdonderd. 

Categorieën
Boek

27. Een veilige haven

De boerderij grenst aan de rivier, en als je de rivier op vaart kom je bij een meer. Het meer is niet super groot maar in de zomer is er toch wel aardig wat recreatie. Er is een kleine haven waar wat zeilboten en motorjachten liggen, en er is een wat grotere passanten haven. Beroepsvaart komt hier gelukkig niet, maar er komen wel ook wat grote pleziervaartuigen die op doortocht zijn. 

Mama vind zeilen heerlijk en ook de kinderen lijken het leuk te vinden als ze af en toe in de zomer een zeilboot huren. Mama heeft dus besloten dat er een klein zeilbootje moet komen. Kan Hielke lekker met Chloé in de zomer een weekje rondtrekken of zo, en in de weekenden kan ze met de kinderen ook af en toe eens gaan zeilen op de plas. Papa is niet zo’n fan van zeilen, maar dat geeft niet, die koopt misschien een jetski. 

Voor het bootje er kan komen moet er wel een plek geregeld worden waar de boot kan liggen. Elke keer de boot in en uit het water halen voor een dagje zeilen ziet mama niet zitten dus er moet een aanlegsteiger komen langs de rivier. Nou kan je natuurlijk niet zomaar een stijger langs een rivier bouwen. Maar als opa een inham in het weiland langs de rivier maakt, tja dan is het op eigen terrein. Mama heeft besloten dat dat gewoon mag. 

Dus opa mag weer aan de knutsel met de graafmachine. Er worden drie nieuwe dijkjes gemaakt achter de rivierdijk, zodat er een vierkant van dijken ontstaat, opa pakt het altijd groots aan dus het wordt een flinke hap uit het weiland. Er wordt ook gelijk een trailerhelling aangelegd. Dat is handig dan kan de zeilboot in de herfst uit het water worden gehaald met een trailer, en kan papa ook gemakkelijk zijn waterscooter in het water doen en er weer uit halen. En langs de kanten worden natuurlijk stijgers gemaakt. 

Als de dijkjes rond het nieuwe haventje klaar zijn, en door de rupsbanden van de graafmachine goed zijn ingeklonken en de steigers en de trailerhelling zijn aangelegd, is het tijd om de nieuwe haven te vullen met water. Ook dit belooft weer spectaculair te worden dus iedereen wordt weer verzameld op de zaterdagmorgen voor de officiële opening. Opa graaft een kleine doorgang in het rivierdijkje, hoe kleiner de doorgang hoe minder kans op gezeur is het motto. 

In een mum van tijd is het haventje gevuld met rivierwater. Het is een beetje een anti-climax, want tja, wat nu? Het zou leuk zijn als er ook een boot was natuurlijk. Gelukkig heeft de buurman nog een oude roeiboot, die wordt door Hielke op een kar achter zijn quad even opgehaald. Hij rijdt met zijn quad met de kar achteruit de trailerhelling af tot de roeiboot los komt van de kar als hij begint te drijven. Lekker overdreven staat iedereen langs de kant te joelen. Fébe en Torne gaan in het bootje en roeien een rondje door het haventje, de haven is goedgekeurd! 

Categorieën
Boek

26. Koekjes

Opa heeft zijn eigen hutje op het erf waar Fébe zo nu en dan gezellig koekjes eet, alleen is Torne dan vaak niet welkom. De afspraak is dat er op de slaapkamers niet gegeten wordt, dus Torne is op zoek naar een plek waar hij ongestoord koekjes kan eten. De schuur was altijd zijn favoriete plek, maar die is niet meer veilig omdat papa hem, koekjes etend, ontdekte toen hij ging opruimen. 

Zijn favoriete koekjes kon hij daar ook makkelijk verstoppen maar die vind hij nu steeds niet meer terug. Er is dus duidelijk iemand die zijn koekjes opeet, Fébe zal het niet zijn, die komt nooit in de buurt van de verstop plek, het is daar veel te vies voor haar lak schoentjes. En als ze de pony’s gaat verzorgen dan komt ze ook niet in de buurt van de verstop plek. 

Dan blijven papa, mama en Hielke over. Papa weet nu de verstop plek maar is eigenlijk niet zo vaak in de schuur, daarnaast houd papa niet van de zelfde koekjes als Torne, dus waarom zou hij ze dan opeten? Dan blijven mama en Hielke over, ze kunnen het allebei zijn. Hielke vind deze koekjes namelijk ook heel lekker en is ook geregeld in de schuur te vinden. Mama vindt alle koekjes lekker en komt elke dag in de schuur en kent deze dan ook op haar duimpje. Vragen wie zijn koekjes opeet kan natuurlijk niet, dan weet iedereen wat hij altijd in de schuur doet en gaan ze hem in de gaten houden. Torne moet een plannetje bedenken om er toch achter te komen wie nou toch steeds die koekjes soldaat maakt. 

Na een paar dagen kauwen komt Torne met zijn master plan, na school fietst hij naar de super en haalt een pak koekjes van zijn zakgeld, die zijn voor onderweg terug, ook fiets hij langs de dierenwinkel en koopt een paar hondenkoekjes. Als de verkoper vraagt sinds wanneer hij een hond heeft, voelt Torne zich wel een beetje betrapt. Hij antwoordt snel uhmm een jaar of 14 en hij heet Hielke. De verkoper begint te lachen en rekent snel af. Als Torne de winkel uit loopt is hij helemaal rood van schaamte, als hij over zijn schouder de winkel in kijkt staat de verkoper nog altijd te grinniken.

Eenmaal thuis doet hij de hondenkoekjes in de mensen koekjes verpakking en legt ze op zijn vaste verstopplek. Hielke en Chloé komen thuis, net als hij zijn koekjes verstopt heeft. Torne heeft nooit zo veel geduld, maar dat hoeft vandaag ook niet. Vrij snel nadat Hielke Torne wegstuurt uit de schuur omdat hij tijd  samen met zijn vriendinnetje wil, komt Chloé kokhalzend naar buiten. Torne heeft niet meteen door wat er gaande is, maar zodra hij het pak koekjes in haar hand ziet kan hij zijn lachen niet meer inhouden. Het was niet Hielke of mama die de koekjes aten maar Chloé. Hielke die er toch een beetje ongemakkelijk bij staat bedenkt snel een plan om dit op te lossen. Hij geeft Torne snel 5 euro, “om nieuwe te kopen” fluistert hij. ‘s Avonds brengt Chloé het dan toch ter sprake, tot grote ergernis van Hielke. Als mama bij ‘koekjes uit de schuur’ al in haar broek piest van het lachten, weten zowel Hielke als Torne zich geen houding meer te geven. 

Als de jongens dit later op de avond aan opa vertellen moet ook hij grinniken, mama luste die koekjes ook wel weet opa er onder het lachen nog net uit te persen. Nu bedenken ze beide dat de koekjes waar dan ook niet veilig zijn. Tenzij ze liggen op een plek waar mama niet wil of kan komen. Dit brengt Hielke meteen op een idee. Hij stelt voor om in de grote eik een boomhut te bouwen en dat ze samen het zakgeld bijeen leggen voor de koekjes voorraad. Torne vind het een goed idee.  Het is win win. Opa gaat ze helpen met het bouwen van de boomhut. 

Hopelijk is de boomhut er snel want Torne heeft nu al trek in de koekjes. 

Dit verhaal is geschreven door Julia

Categorieën
Boek

25. Hanne

Nu Fébe haar pony heeft, komen er natuurlijk iets vaker vriendinnen van haar langs. Het weer begint weer wat beter te worden dus regelmatig staat er een fiets bij de schuur, van een vriendin die even komt kijken hoe het met de pony’s is. Fébe geniet van de aandacht natuurlijk, en ze heeft zo ook mooi een beetje hulp bij het schoonmaken van de box en het borstelen van Knol en Kruidnootje. Papa en mama vinden het allemaal wel best dat er nu af en toe wat meiden extra aanschuiven bij de lunch of het avondeten. Ook Torne en Hielke hebben er geen last van. Het is eigenlijk wel gezellig. 

Hanne is de hartsvriendin van Fébe en ze zijn sinds de kleuterschool al vriendinnen. Hanne is er nu ook veel vaker en werkt elke dag hard om de pony’s goed te verzorgen. Na school gaat Hanne altijd eerst even naar huis naar haar moeder en daarna naar Fébe en de pony’s. 

Hanne is iets kleiner dan Fébe dus zij rijdt op Knol en Fébe op Kruidnootje. Samen maken ze hele tochten. Bijvoorbeeld door het bos en door de weilanden en natuurlijk even bij de buurman langs. Op zaterdag rijden ze een soort rondje. Bij elke boerderij komt er een pony bij en als ze weer thuis zijn maakt de rest hun rondje af. 

Soms begint het rondje bij een andere boerderij of bij de manege en dan komt de hele ponyclub Fébe en Hanne ophalen. Torne heeft er dan een hele klus aan om het erf weer schoon te maken, maar dat vind hij niet erg. De pony’s van de buurman zijn niet naar van die vervelende paardenmeisjes gegaan maar gewoon naar leuke meiden in de omgeving. Die meiden vinden Torne ook wel interessant dus hij heeft over aandacht niet te klagen. Iedereen blij dus. 

Een tijdje gaat dit goed maar het begint Fébe op te vallen dat als Hanne komt haar andere vriendinnen direct naar huis gaan. En pas stond de fiets van Hanne op het erf omdat haar vader haar had opgehaald om naar de tandarts te gaan, en toen zag ze Emma aan komen fietsen maar toen ze de fiets van Hanne zag, keerde ze weer om. Toen Fébe de volgende dag aan Emma vroeg waarom ze omkeerde werd ze rood en mompelde iets.  

Het zit Fébe niet lekker, wat is er mis met Hanne? Hanne heeft naast Fébe eigenlijk geen andere vriendinnen. Okay en ze doet soms een beetje raar, op school wordt ze soms een beetje gepest maar eigenlijk vooral genegeerd. Hanne lijkt dat allemaal wel prima te vinden, dus Fébe heeft er eigenlijk verder nooit zo op gelet. 

Op zondagmiddag zijn mama en Fébe samen. Opa is met Torne op pad, Hielke is bij Chloé en papa is in het weiland het gras aan het maaien. Fébe vertelt mama wat haar is opgevallen en dat ze het vervelend vindt dat ze Hanne en haar andere vriendinnen niet kan combineren behalve bij de rit op zaterdag. Mama denkt even diep na. Ze twijfelt welk advies ze zal geven. Mama weet dat de moeder van Hanne een nare jeugd heeft gehad en nu een alcohol probleem heeft. Soms is ze heel gezellig maar soms is ze heel gemeen en jaagt ze de mensen om haar heen weg. Hanne probeert haar moeder te helpen maar dat is natuurlijk heel lastig en kan eigenlijk ook helemaal niet. 

Heel soms als Hanne het duidelijk zwaar heeft probeert mama haar te helpen. Gewoon door normaal tegen haar te doen, maar ook door toch een beetje door te laten schemeren dat het gedrag van haar moeder niet normaal is en dat Hanne haar gedrag misschien ook beter een beetje kan aanpassen waardoor ze meer vrienden krijgt. Maar Hanne lijkt het ook dan allemaal wel prima te vinden en wil niets veranderen. Dus wat gaat mama Fébe adviseren? Het gedrag van Hanne heeft nu niet alleen gevolgen voor haarzelf maar ook voor Fébe. 

Mama heeft even heel diep nagedacht. “Ik denk dat je moet vertellen aan Hanne dat haar gedrag jouw vriendinnen wegjaagt en dat je dat vervelend vindt” zegt mama. Fébe knikt.

De volgende dag is het na school weer gezellig druk, Emma is er en Ymke. Als Hanne aankomt, pakken ze snel hun spullen en nemen afscheid van Fébe. Fébe vindt het lastig de confrontatie aan te gaan. “Emma en Ymke gingen weg toen jij kwam” zegt Fébe terwijl ze de zadels op de pony’s leggen om een stukje te gaan rijden. Hanne haalt haar schouders op. Fébe raapt al haar moed bij elkaar en zegt: “Ik vindt dat vervelend.” Nu wordt Hanne boos, ze gooit het zadel op de grond, Knol schrikt en doet een stap opzij en botst tegen Kruidnootje. Fébe kan net voorkomen dat Kruidnootje ook schrikt door haar armen om haar hals te doen en zo rustig te houden. “Die meiden zijn toch stom” roept Hanne en ze stapt op haar fiets en rijdt weg. 

Mama ziet vanuit de keuken eerst Emma en Ymke weg gaan, dan Hanne komen en snel weer weg gaan. Mama droogt haar handen af en gaat naar de schuur. Fébe staat rustig tussen Knol en Kruidnootje. Mama geeft Fébe een knuffel, “gaat het?” vraagt ze. Fébe knikt. 

De volgende dag op school doet Hanne alsof er gisteren niets gebeurd is. Geen sorry, geen uitleg, gewoon helemaal niets. Fébe weet niet goed wat ze er mee aan moet. Ze had verwacht dat Hanne boos zou zijn op haar of.. tja.. iets zou zeggen over gisteren. Na school gebeurt weer hetzelfde als gisteren, er zijn gezellig een paar meiden met Fébe mee naar huis gefietst, alles gezellig tot dat Hanne komt, dan gaan ze er snel vandoor. Fébe weet niet goed wat ze nu moet doen. Ze zegt niets, ze zadelen de pony’s en gaan een stukje rijden. Hanne lijkt het prima naar haar zin te hebben maar Fébe zegt niet veel. “Je bent vandaag niet zo gezellig” zegt Hanne beschuldigend. Fébe haalt haar schouders op. 

Op zaterdag komt de ponyclub Fébe en Hanne ophalen. Normaal rijden Fébe en Hanne altijd vlak bij elkaar maar deze keer lijkt Hanne Fébe te ontwijken. Ze kwebbelt druk met iedereen. Fébe besteedt er geen aandacht aan. Als ze weer bijna bij het huis van Fébe zijn komt Isabel naast Fébe rijden en ze kletsen wat. Dan zegt Isabel “Hanne zei dat je al de hele week chagrijnig bent en onaardig tegen haar doet. Maar ik vind je helemaal niet zo chagrijnig.” Fébe is geschokt. Ze weet niet wat ze moet zeggen. 

Als ze het ‘s avonds aan mama vertelt wordt mama een beetje boos “Wat denkt dat kind wel, op jouw pony tussen jouw vrienden van de ponyclub?” 

Elke dag komt Hanne nog trouw helpen de pony’s te verzorgen. Ze gaan niet meer samen rijden, maar op zaterdag rijdt Hanne wel weer gewoon op Knol mee met de ponyclub. Weer op afstand van Fébe en weer doet Hanne of Fébe vervelend doet. Steeds vaker rijdt Fébe alleen in de groep.

Op maandag is Hanne niet op school. De juf vertelt dat Hanne in het ziekenhuis ligt maar dat het wel weer goed komt met haar. 

‘s Avonds gaat Fébe met mama op bezoek in het ziekenhuis. Hanne vertelt dat ze een blindedarm ontsteking had en dat ze daar aan is geopereerd. 

Op woensdag gaat Fébe weer op bezoek in het ziekenhuis, dit keer met papa. Ook de vader van Hanne is er, maar verder niemand. Fébe heeft alle beterschap knutsels van de klas meegenomen, de juf heeft geen tijd om op bezoek te gaan. Hanne vraagt aan Fébe waarom ze gisteren niet op bezoek is gekomen. Voor Fébe over een antwoord na kan denken zegt papa “thuis, net als jouw moeder vandaag”.  De vader van Hanne zit er ongemakkelijk bij maar hij zegt niets. 

Zaterdag rijdt Fébe weer mee met de ponyclub. Hanne is weer thuis maar mag nog niet naar buiten. Emma neemt de plek van Hanne in op Knol. Ze zit helemaal te genieten, Ymke rijdt op de fiets mee en bij elke stop wordt er gewisseld. Isabel vraagt aan Fébe hoe het met Hanne gaat. Fébe antwoordt“vraag het haar zelf..” Isabel kijkt Fébe vreemd aan “het is toch jouw vriendin?” en rijdt weer weg bij Fébe. Fébe denkt “Was mijn vriendin”. Ze schrikt van de gedachte!

De volgende zaterdag gaat Fébe niet meer mee met de ponyclub, ze heeft er geen zin meer in. Emma, Ymke en Boris zijn er en ze hebben het heel gezellig. Fébe stelt voor om met z’n vieren te gaan rijden. Twee op de pony’s en twee op de fiets. Boris heeft nog niet zo veel ervaring dus die begint op de fiets tot ze op een rustige plek zijn. Hij wil zijn eigen fiets pakken maar dat mag niet van de meiden, zijn fiets is te hoog voor ze als ze straks wisselen. Boris moet dus op de roze fiets van Ymke maar dat maakt hem eigenlijk niets uit, eindelijk mag hij zo ook een stukje op Knol.

Als ze weer terug zijn roept mama dat er pannenkoeken klaar staan. De pony’s worden snel afgezadeld, geborsteld en in de box gezet. Als ze allemaal lekker zitten te eten kijkt Fébe tevreden om zich heen, zo moet het zijn!

Categorieën
Boek

24. Rust

Het gaat niet zo goed met de buurman, het wordt tijd voor hem om afscheid te nemen van de geitjes en de pony’s. Iedereen heeft zijn best gedaan zo goed mogelijk te helpen elke dag met voeren en de stallen schoonhouden, maar de buurman is echt toe aan een nieuwe fase. Nog iets meer van zijn rust genieten en zich niet schuldig hoeven voelen over alle hulp die hij krijgt.

Dit is goed nieuws voor Fébe want ze mag nu eindelijk haar eigen pony. Het hok dat opa heeft gemaakt in de schuur met het plaatje van de eenhoorn gaat eindelijk gebruikt worden. Maar er is een probleem, ze kan niet kiezen welke pony ze wil. ‘Knol’ is de pony waar ze als eerste op gereden heeft. Ze zijn voor elkaar gemaakt maar het is al een oud beestje en begint ook een beetje te klein te worden voor haar. Ze wil eigenlijk ‘Kruidnootje’ kiezen die is nog jong en wat groter, maar kan de gedachte om afscheid te moeten nemen van Knol niet verdragen. De oplossing is simpel, mama overtuigen dat twee pony’s ook best kan. 

Mama heeft zo haar eigen problemen. Voor de buurman is het moeilijk om afscheid te nemen van alle geitjes en pony’s. Ze wil er zo veel mogelijk overnemen zodat de buurman ze nog regelmatig kan zien. Maar ze moeten dan wel verhuizen naar haar wei en haar schuur. En de ruimte is beperkt. Ook maakt de hele omgeving gebruik van de bokjes van de buurman om mee te fokken. Hij heeft 10 verschillende bloedlijnen die hij zorgvuldig heeft gefokt, het is eeuwig zonde als die verloren gaan. 

Mama besluit dat het tijd is voor overleg met de boeren in de omgeving en organiseert een gezellige avond. Ze heeft bij de buurman op het erf een grote tent neer laten zetten door het verhuurbedrijf. Er is gezorgd voor koffie, thee, een borrel en natuurlijk van alles om te eten. Het is een drukte van belang. 

Mama heeft bedacht dat er een soort van veiling komt. Niet met tegen elkaar op bieden maar iedereen kan een voorstel doen hoeveel bloedlijnen geitjes hij of zij over wil nemen en hoe hij of zij denkt de bloedlijn te gaan onderhouden. Elke lijn bestaat uit ongeveer 30 dieren. De buurman mag uiteindelijk bepalen wie welke lijn krijgt. 

Er wordt druk onderhandeld. Er ontstaat een levendige uitwisseling van informatie. Er zijn mensen die alleen af en toe een bokje willen om te kunnen fokken, maar die geen bloedlijn kunnen onderhouden. Er moet dus samen worden gewerkt. Aan het eind van de avond zijn ze er uit. Mama neemt 1 bloedlijn die ze samen met de buurman gaat beheren. De rest gaat naar boeren in de omgeving die ook samen blijven werken met de buurman. Twee lijnen gaan naar het buitenland. De buurman is maar wat trots dat hij die voor heel veel geld heeft kunnen verkopen. Toch een soort van erkenning, een kroon op zijn werk. 

Er zijn heel veel meiden zoals Fébe die graag een eigen pony willen dus voor elke pony is snel een nieuwe eigenaar gevonden. Mama kent haar dochter prima dus zij neemt Knol en Kruidnootje. 

Als iedereen weg is en alles is opgeruimd loopt mama met Knol en Kruidnootje naar huis. Fébe heeft de stal al heel lang geleden klaar gemaakt en ook bijgehouden om mama te laten zien dat ze het echt wil en echt kan. Mama hoeft de pony’s dus alleen in de box te zetten en Fébe morgen even te vertellen dat ze de pony’s moet verzorgen. Ze kijkt nu al naar het moment uit morgen. 

Mama maakt Fébe iets eerder wakker dan normaal. Ze plaagt Fébe een beetje “Knol zal wel honger hebben, ik heb hem gisteren gelijk maar meegenomen dus hup hup aan de slag.” Mama krijgt een dikke knuffel. 

Als Fébe door de schuur naar de box loopt  en ook Kruidnootje ziet maakt ze een sprongetje. Yessss. Veel hoeft ze nog niet te doen, er is nog voer en water genoeg en uitmesten is ook nog niet nodig. Beide pony’s krijgen een dikke knuffel om hun hals. 

Categorieën
Boek

23. Basketbal

Opa zit op de tribune. De basketbal wedstrijd is niet heel spannend, het team van Torne is zo veel beter dan de tegenstander, dat het een beetje zielig is. Iedereen doet zijn best de sfeer gezellig te houden door beide teams flink aan te moedigen. Het is een feit dat aanmoedigen echt helpt om tot betere prestaties te komen, en het team van Torne blijft ook gewoon sportief, maar het blijft een beetje kansloos. Het is nu een kwestie van de tijd zijn werk laten doen, de wedstrijd is vanzelf een keer afgelopen. 

“Sporten kan zo leuk zijn” denkt opa als hij naar het thuis team kijkt “maar dit team lijkt dat niet te begrijpen”. Ook na de wedstrijd, als iedereen zich na het omkleden verzamelt in de kantine, wil het maar niet leuk worden in het team van de tegenstander. 

Opa heeft de beurt om te rijden, er rijden 3 spelertjes met Torne en hem mee terug naar huis. Opa geeft elke speler een compliment over een mooie actie die hij heeft gezien. Het leuke aan dit soort wedstrijden is dat de wat mindere spelers vaker de bal krijgen dan anders. Iedereen blij dus, gewonnen en kansen voor alle spelers. 

De wedstrijd van vandaag krijgt snel geen aandacht meer. Volgende week staat een toernooi in Frankrijk op het programma. Ze kijken er nu al naar uit. Wat Torne nog niet weet is dat het hele gezin mee gaat om aan te moedigen. Chloé gaat ook mee, opa verheugt zich er al op om Chloé tegen de tegenstanders te horen schreeuwen. Ze is al een paar keer mee geweest naar wedstrijden om aan te moedigen. Normaal is ze heel rustig en beheerst, maar bij het aanmoedigen gaat ze helemaal los. Soms schrikt ze even van zichzelf en gaat dan gauw zitten en doet ze verlegen, maar dat duurt nooit lang. In Frankrijk zal ze wel helemaal alle remmen los gooien omdat ze dan minder last heeft van een taal barrière. 

Alle spelertjes gaan gezellig met de bus naar Frankrijk. Ze verwachten behalve wat begeleiders geen publiek. Maar papa heeft een mail gestuurd naar alle ouders en heeft een leuk weekend georganiseerd. Tijdens de wedstrijden wordt er aangemoedigd, de rest van de tijd zijn er kleine uitjes waar iedereen die wil aan mee kan doen. Er gaan dus twee bussen richting Frankrijk. Het is heel grappig, krijgt een ouder een foto van zijn kind van iets langs de route dan stuurt hij die door naar iedereen in de bus. Als de plek herkend wordt als ze er zelf langs rijden gaat iedereen heel hard roepen alsof ze een bezienswaardigheid van wereld zin. Ze hebben de grootste lol. 

Bij het toernooi aangekomen is het nog een hele uitdaging de spelers en fans bij elkaar uit de buurt te houden. Maar het is gelukt, iedereen zit op de tribune en het team heeft nog niets in de gaten. Als het team de sporthal binnenkomt kijken ze niet eens naar de tribune. Ze beginnen met opwarmen en de coach geeft nog wat laatste instructies. Dan doen ze hun yell.

Go go Giraffen, 

maak je maar eens lang

we zijn hier om te winnen 

we zijn voor niemand bang

Whoep Whoep

Iedereen op de tribune doet mee dus de yell dondert werkelijk door de hal. Het team is helemaal verbaasd als ze hun familie en vrienden op de tribune zien. Ze zijn bijna net zo overdonderd als de tegenstander die al helemaal niet weet wat ze overkomt. Zeg maar dag met je handje tegen het thuisvoordeel, denkt opa. 

De wedstrijd wordt nipt gewonnen, maar de rest van de wedstrijden krijgen ze er flink van langs. Meedoen is belangrijker dan winnen, de sfeer in het team blijft goed. 

Chloé moedigt goed aan maar haar geschreeuw valt niet erg op tussen het geschreeuw van de anderen. De wedstrijden zijn vriendschappelijk dus ze hoeft nu ook niets de roepen over het beroep van de moeders van de tegenstanders of lichaamsdelen die niet zo veel zon zien. Ze is wel enthousiast maar lijkt ook een beetje met haar gedachten bij Hielke te zijn. Tijdens de uitjes hebben ze het heel gezellig samen en zijn ze regelmatig even uit het zicht van de groep.

Dat de Giraffen een leuk team is komt ook een beetje door de ouders. Niemand verwacht binnenkort te kunnen stoppen met werken omdat zoonlief een miljoenencontract krijgt aangeboden in Amerika. Enige doel is dat de kinderen lekker met hun passie bezig kunnen zijn en het naar hun zin hebben. Maar, er moet wel gewoon serieus gespeeld en getraind worden.

Er is een restaurant gereserveerd om ‘s avonds gezellig met z’n allen te eten. Geen verplichting, maar iedereen is er gewoon. Voor iedereen is het toch ook een weekendje weg dus het is al snel een dolle boel.

De tweede dag zit het team in een poule met gelijkwaardige tegenstanders. Elke wedstrijd wordt gespeeld als een finale wedstrijd terwijl iedereen diep van binnen weet dat er niets meer te winnen valt. Terwijl de fans een uitje doen, kijkt de coach samen met het team vanaf de tribune een paar wedstrijden van de top teams. Belangrijkste les: als team kom je verder dan alleen en plezier in het spel geeft je vleugels. 

Bij de prijsuitreiking worden de Giraffen en Nederlandse fans nog wel even bedankt voor hun sportiviteit en enthousiasme. Ze zijn volgend jaar allemaal weer van harte welkom volgens Chloé.

Categorieën
Boek

22. Moeilijk

Opa is er weer en Torne is gezellig bij hem op bezoek in zijn hutje. Nou, gezellig is het niet helemaal. Torne doet al een tijd een beetje dwars.

Het kan natuurlijk zijn dat Torne al een beetje begint te puberen maar opa voelt dat Torne iets dwars zit maar het lukt hem niet er achter te komen wat dat dan is. Opa heeft diep van binnen het gevoel dat er echt iets mis is. Hij heeft het er al met mama over gehad en ook heel even met papa maar niemand lijkt Torne te begrijpen. Tijd dus voor het grove geschut.

Opa heeft een vriend die een vakantiehuis heeft gekocht in de Ardennen. Er moeten wat meubels naar het huisje worden gebracht en wat fietsen en een motor en tuingereedschap. Te veel voor een busje dus hij heeft opa gevraagd om het te brengen met een vrachtwagen. Opa vind vrachtwagen rijden leuk om te doen dus dat was snel geregeld.

Opa vraagt aan Torne of hij zin heeft om volgend weekend met hem mee te gaan. Torne reageert niet heel enthousiast maar knikt toch ja.

Als opa een week later met de vrachtwagen het erf op rijd staat Torne al te wachten. Hij stapt gelijk in, nog voor opa de motor uit kan zetten. “Zullen we gaan?” zegt Torne. Opa is wat verbaasd over hoe dit gaat maar begrijpt dat hij gewoon mee moet werken.

Als ze even onderweg zijn begint opa de oude Torne weer een beetje te zien. ”Wat een enorme vrachtwagen heb je geregeld opa” zegt Torne goedkeurend. “We gaan er ook in slapen” zegt opa wijzend op de twee bedden achter ze in de cabine. Torne knikt opnieuw goedkeurend.

Onderweg eten ze wat bij een restaurant. Met de eetlust van Torne is niets mis. Misschien is hij toch gewoon al aan het puberen. Maar als Torne onderweg zijn tas open maakt en daar een doos met opa zijn favoriete gebakjes uit haalt weet opa dat dit het niet is, een puberbrein kan niet vooruit plannen en denkt ook niet aan anderen. Wat is er mis me dat mannetje? ”Goed geregeld maat” zegt opa goedkeurend. “Vanmorgen vers gehaald op de fiets” antwoord Torne trots. Hoe verder ze van huis zijn, hoe beter het met Torne lijkt te gaan.

Het pad naar het vakantie huis is net zo breed als de vrachtwagen. De takken van de bomen en struiken langs het pad schuren langs de zijkanten van de vrachtwagen en soms ook over het dak.

Ze hadden een gezellig huisje in het bos verwacht maar het blijkt een hypermoderne villa te zijn aan de rand van het bos. Vanuit de villa is er uitzicht op een prachtig gazon. Het gazon eindigt waar een rotswand recht naar beneden gaat. Er staat wel een hek langs de rand maar als ze bij het hek staan vindt opa het toch een beetje spannend. Het uitzicht over de lager liggende valei is adembenemend.

Het duurt nog even voor de vriend van opa er is om te helpen uitladen. In de tussentijd maken opa en Torne een wandeling door het bos. Als ze even zitten om de benen wat rust te geven zegt opa “Ik ben blij dat de gezellige Torne met me mee is. Waarom lukt het thuis niet om gezellig te doen?”. Torne haalt zijn schouders op. Opa wil nog meer zeggen maar hij houdt zijn mond. Hij gaat net zo lang wachten tot Torne iets gaat zeggen. Opa kent Torne en weet zeker dat Torne al lang weet wat hem dwars zit maar moeite heeft om er met iemand over te praten. 

Het duurt een half uur voor Torne begint te praten. Dat waren echt de langste 30 minuten van opa zijn leven. “Hielke heeft Chloé, Fébe heeft haar pony en ik heb niemand.” begint hij. Alsof hij denkt dat opa hem niet begrijpt perst hij er voor hij zich omdraait nog uit “ik wil ook iets leuks”. Opa laat het even op zich inwerken. “Maar weet je wat jij zou willen?” vraagt opa. Torne kijkt droevig, “maar dat kan toch niet” antwoord hij zacht. Opa is nu heel benieuwd. Opa kijkt Torne met opgetrokken wenkbrauwen aan. “Ik wil met het basketbal team wedstrijden spelen” komt het hoge woord er uit. “Je hebt er wel de lengte voor.” reageert opa. Torne begint te vertellen dat het basketbalteam traint na zijn gymles op school. Omdat hij vaak even bleef kijken hebben ze hem een half jaar geleden gevraagd om mee te doen en dat ging heel goed. Nu hebben ze gevraagd of hij bij het team wil komen, maar dat kan niet. “Ja hoor, dat kan wel” zegt opa. Torne schud zijn hoofd en opa knikt van wel.

Opa staat op en begint weer te lopen, Torne volgt. “Maar opa” begint Torne “het kan echt niet”. “Als je dat de hele tijd blijft zeggen, tja, dan lukt het inderdaad niet” reageert opa. “Mama heeft het druk, papa heeft het druk, ik moet de dieren verzorgen, en ik moet huiswerk maken” begint Torne en dan schreeuwt hij “het gaat gewoon niet. Maar de coach zegt dat ik een super talent ben en dat hij met papa en mama wil praten”. Opa stopt en geeft Torne een dikke knuffel, “We gaan dit samen oplossen!” fluistert hij in zijn oor. Van de ontlading begint Torne te snikken, het hoge woord is er nu echt uit.

Het uitladen is zo gebeurd, ze eten een heerlijke maaltijd en dan is het al tijd om te slapen. In de villa zijn bedden maar opa wil in de vrachtwagen slapen en Torne lijkt dat ook wel leuk eigenlijk. 

Ze worden wakker van de opkomende zon die recht in de cabine schijnt. Slapen lukt nu natuurlijk niet meer, tijd voor ontbijt. Het is een bizar tafereel, opa die eitjes staat de bakken op een brandertje op de parkeerplaats van een luxe villa. De vriend van opa komt er ook gezellig bij en krijgt ook een boterham met ei.

Categorieën
Boek

21. Leren vliegen

De moeder van Laurent en Chloe gaan vandaag voor het eerst vliegen en voor Hielke is het de eerste keer zonder papa en mama.

Voor iemand die vaker heeft gevlogen is het net als met de trein gaan maar dan een beetje ingewikkelder en misschien een beetje spannender. Maar de eerste keer vliegen is toch wel heel speciaal, zeker als je alleen bent of als je met mensen gaat voor wie het ook de eerste keer is. Natuurlijk heeft Hielke met papa en mama gevlogen, maar als je het zelf moet doen is opeens niets meer vanzelfsprekend.

Iedereen is op tijd ingecheckt, ze hebben drie stoelen naast elkaar. Het vliegveld van Nantes is niet zo heel groot, ze hoeven niet door de douane en alles verloopt soepel. Ze zijn ruim op tijd dus ze moeten nog even wachten voor ze aan boord kunnen.

Hielke zit bij het raampje, Chloé naast hem en de moeder van Laurent zit bij het gangpad. Hielke wil graag bij het raampje, hij wil echt alles zien. De moeder van Laurent vindt het nog het meest spannend van de drie en zit liever niet bij het raam.

Hielke geniet van elke minuut. Het opstijgen is natuurlijk spannend. De kist staat op de rem en de motoren beginnen te loeien. Dan gaan de remmen los, langzaam komt het vliegtuig in beweging maar dan gaat het snel steeds harder. En dan opeens stopt het bonken van het landingsgestel over de startbaan. Het is even een raar moment, dan voelt hij in zijn buik hoe ze snel omhoog gaan. Direct gevolgd door een scherpe bocht. Whiiieeee roept hij uit gewoonte net als wanneer opa met de Range Rover over de verkeersdrempels ging racen. Hij doet snel zijn mond dicht maar Chloé lacht lief naar hem, ze vind het wel grappig.

Het is maar een klein vliegtuig en ze vliegen niet zo hoog. Er is weinig bewolking dus hij kan bijna de hele tijd de grond zien. Alles is vanaf deze hoogte ieniemienie. Hielke krijgt er wel een rustig gevoel van, vredig eigenlijk. Chloé is dicht tegen hem aangekropen en zit ook te genieten van het uitzicht. De moeder van Laurent is minder ontspannen, ze kan er duidelijk niet van genieten.

Hoewel het een korte vlucht is krijgen ze toch nog een tussendoortje en wat drinken. Ook dat is natuurlijk een hele belevenis. En dan is het alweer bijna tijd voor de landing. Chloé en Hielke doen nog snel even een plasje want het toilet moet ook even uitgeprobeerd worden natuurlijk.

De landing is minder spectaculair dan het opstijgen maar Hielke vind het toch ook heel leuk. Voor ze het weten lopen ze alweer het vliegtuig uit op Schiphol. Het is een hele wandeling naar de douane. Ze hebben alleen handbagage dus ze kunnen direct door naar de ontvangst hal.

Papa, mama, Torne en Fébe staan ze op te wachten. De moeder van Laurent wordt ook opgehaald en ze nemen afscheid.

En wat vond je van het vliegen vraagt mama aan Chloé. Chloé glundert: ‘magnifique’. Ook Hielke heeft duidelijk genoten.

Categorieën
Boek

20. Begin

Elk gezin heeft een begin, het begint met twee mensen die elkaar leren kennen en bij elkaar willen zijn, maar het wordt pas echt een gezin bij het eerste kind.

Fébe zit net als de rest voor de open haard. Het is koud buiten, heel erg koud. Het is vakantie en niemand heeft echt zin om iets te doen. Iedereen hangt een beetje. Hielke zit te lezen, Torne speelt wat met zijn LEGO en Fébe zit net als papa rustig een beetje te dromen. Dat komt niet door het weer, maar door de Internetverbinding die het niet doet. Het hele leven is langzaam tot stilstand gekomen. Fébe vind het eigenlijk wel gezellig zo, iedereen bij elkaar voor de open haard.

“Dit doet me wel een beetje denken aan toen we in Zweden woonden, weet je nog schat?” vraagt mama aan papa. Papa zit een beetje te dommelen, de whisky begint te werken en hij mompelt “ja, ja..”. Fébe is direct alert, hier komt een mooi verhaal aan. “Wat deden jullie in Zweden?” vraag ze. Meer is er niet nodig weet ze uit ervaring, nu komt het hele verhaal vanzelf. Als mama eenmaal begint te vertellen…

Toen papa en mama elkaar een tijdje kenden wilde we gaan trouwen. Alles was geregeld, het zou een groot feest worden. Vlak voor de bruiloft vroegen ze aan papa op zijn werk of hij een jaar een project in Zweden wilde doen. Het leek ons wel leuk, alleen zou het project een week na de bruiloft starten en dan moest hij daar al zijn en er helemaal klaar voor zijn. Ik moest natuurlijk mee maar dat vond ik niet erg. Het lastige was dat we dus niet alleen nog de laatste dingen voor de bruiloft moesten regelen maar ook ons verblijf in Zweden moesten voorbereiden. Waar zouden we gaan wonen? Vlak bij het project, of wat verder weg, wat meer op het platte land? Wat moesten we allemaal meenemen? Het was maar voor een jaar dus moesten we ons huis in Nederland houden? Heel veel dingen om te regelen en om over na te denken. Gelukkig regelde het werk van papa veel voor ons maar toch was het een hele spannende tijd.

De bruiloft was fantastisch, het was een groot feest. Het was ook gelijk een mooie gelegenheid om voor een jaar afscheid te nemen van iedereen. Een dag met heel veel emoties. Natuurlijk beloofde iedereen snel eens langs te komen in Zweden.

De huwelijksreis werd geen zon en zee vakantie maar we gingen met de auto, volgeladen met spullen, naar Zweden. Als ik er op terug kijk was het een super leuke reis. Het was gelijk een goede kennismaking met Zweden. Het is toch anders dan dat je na twee uur vliegen opeens in een andere wereld staat. Het was toch een beetje onze huwelijksreis dus we wilde niet de hele dag rijden. Via hotels en pensions op mooie plekken kwamen we langzaam in de buurt van ons nieuwe huis.

Het huis dat voor ons geregeld was, was echt prachtig. We hadden niet zo heel veel spullen meegenomen dus na een dag was alles uitgepakt. Papa moest gelijk beginnen aan de voorbereidingen van het project en ik… tja, ik had soort van vakantie. Lekker met de auto de omgeving verkennen, boodschappen doen, kennis maken met de buren een paar kilometer verder. Als papa thuis kwam waren we heerlijk samen. Nog geen stress van het project, ons huis midden in de Zweedse wildernis, het was echt fantastisch. We konden de hele dag in ons blootje rondrennen, binnen én buiten. Nu kijkt Hielke even op van zijn boek “Mam!”. Mama lacht. Ik zeg er verder niets over maar ik werd toen wel zwanger van jou. Op papa zijn gezicht verschijnt een grijns. “Toen ik op mijn werk vertelde dat je zwanger was brak er paniek uit.” zegt papa. Mama vertelt dat in Zweden ook de mannen een tijdje thuis mogen blijven als ze een kindje hebben gekregen en dat zou natuurlijk niet handig zijn voor het project. Maar uiteindelijk hebben we het allemaal prima opgelost, het project kon gewoon doorgaan.

Een kindje krijgen is een hele belevenis en in een ander land een kindje krijgen, ver van je familie is extra spannend. Gelukkig hadden we hele leuke buren en de buurvrouw, die al wat ouder was, kwam vaak even helpen. Opa kwam ook regelmatig even een paar dagen langs. Toen Hielke geboren werd was opa er toevallig ook. Niet iedereen die beloofd had langs te komen is uiteindelijk ook komen logeren, maar mama haar beste vriendinnen kwamen regelmatig even logeren. Het idee van het hutje van opa is toen ook ontstaan. Er was een soort van gasten huisje een klein stukje lopen van het huis, verscholen in de rand van het bos. Mensen hoefde dus alleen even te vragen of het huisje dan en dan vrij was en dan konden ze gewoon komen. Geen gedoe met rekening met elkaar moeten houden of zo, maar wel lekker gezellig samen leuke dingen doen en bijkletsen. Eenzaam ben ik nooit geweest daar.

Eén jaar werd twee jaar. Toen zijn we weer een half jaar naar Nederland gegaan voor trainingen voor papa. En toen nog een jaar in Zweden. Toen moesten we kiezen. Voor altijd in Zweden blijven of terug naar Nederland. Zweden was heel leuk, maar het was niet ons thuis, het bleef als vakantie voelen en ik wilde ook weer gaan werken in Nederland, weer lekker werken met collega’s en weer eens lekker op missie. We zijn toen terug gegaan naar Nederland zodat Hielke gewoon in Nederland naar de kleuterschool kon. En toen kwam jij Torne, en daarna kwam jij Fébe en toen waren we opeens een heel gezin en waren we thuis. Nu begint mama dromerig te kijken en stopt ze met vertellen.

Fébe heeft het verhaal al vaker gehoord natuurlijk, maar telkens hoort ze toch weer nieuwe dingen. “Heeft Hielke blond haar omdat hij in Zweden is geboren?” vraagt ze. Mama glimlacht, “nee, waar je geboren wordt maakt niet uit, de kleur huid en kleur van je ogen en de kleur van je haar krijg je van je ouders. Maar het avontuurlijke van Hielke komt misschien wel omdat hij als klein kind veel in de natuur was en de hele dag buiten kon spelen. Daarom zijn we ook in deze boerderij gaan wonen, omdat we toch een beetje het gevoel dat we in Zweden hadden wilde houden. We konden niet meer zonder de ruimte en de vrijheid en natuurlijk ook niet meer zonder het logeer hutje voor opa”.